De Gerbera of Gemini heeft zijn oorsprong in Azië, Zuid-Amerika en Tasmanië. De Leidse botanicus Gronovius heeft de plant in 1737 ontdekt en deze vernoemd naar zijn collega, Traugott Gerber, een Duitse arts.
Gezien de decoratieve kracht en veelzijdigheid van de toepassing van de Gerbera in zowel boeketten als in een compositie van alleenstaande bloemen, worden ook regelmatig nieuwe variëteiten ontwikkeld.
De kleurenvariatie is heel groot, maar de meest geliefde zijn oranje, geel, rood, paars, zalm, wit, roze en tweekleurig. De lange stengels van de gerbera zijn behaard, waardoor ze er wollig uitzien en zacht aanvoelen. De bloemen bloeien aan het einde van de bladloze stengel en hebben een doorsnee van 12 – 16 centimeter.
De Chrysant heeft bij veel mensen een wat saai imago, maar toch is het één van de meest verkochte bloemen. Het is dan ook een bloem die zich heel goed laat verwerken in de meest uiteenlopende boeketten. De naam van de bloem komt uit het Grieks: “chrusos” betekent goud en “anthemon” betekent bloem.
De kleuren zijn talrijk; van geel, wit, crème, roze, groen, rood, oranje, paars, brons, tot allerlei tweekleurige varianten. De bloemgrootte loopt uiteen van 1 tot 14 centimeter. Het hart van de bloem heeft buisvormige bloemetjes. Daaromheen liggen platte schutblaadjes in kransvorm. De vlezige en wat grillig gevormde bladeren staan verspreid langs de stevige steel van de bloem.
De Tulp is een bloem met een rijke geschiedenis. Het wordt gezien als een typisch Nederlandse bloem, ook wel als de nationale bloem. De oorsprong ligt echter in het Verre Oosten, waarschijnlijk de omgeving van Iran of Turkije. De tulp is wellicht de bloem waar het meeste over is geschreven. In 1554 verschenen in West Europa de eerste geschriften over de tulp. Rond 1560 kwamen de eerste tulpen in Europa in bloei. Rond 1570 kwam de tulp in de Nederlanden terecht, waarschijnlijk onder invloed van de beroemde plantkundige Carolus Clusius.
Nederland is beroemd om zijn gecultiveerde tulpen en is een van de meest dominante exportlanden van tulpen en tulpenbollen. Traditioneel wordt in de lente in de Keukenhof in Lisse een expositie gemaakt van miljoenen tulpen die vooral door toeristen goed wordt bezocht.
De tulp maakt gemakkelijk sports (nieuwe soorten) en daardoor nam het aantal soorten snel toe. Ook het kleurengamma werd groter, evenals de variatie in vormen.
Tulpen groeien goed in de tuin en sommige soorten zijn ook geschikt voor verwildering. De planttijd is het najaar oktober en november. Ze komen ca. 8 cm. diep in de grond en ca. 10 cm uit elkaar. Tulpen die we in de grond overhouden moeten dieper staan, ca. 15 tot 20 cm. Tulpen bloeien van nature in de tuin rond april. Tulpen zijn ook geschikt om in de kamer of kas in bloei te trekken. Met de hedendaagse technieken en koelsystemen kan de tulp in feite het hele jaar in bloei komen. Als snijbloem is de tulp zeer gewild. Er zijn vele soorten verkrijgbaar. De bloeitijd ligt tussen 5 en 7 dagen. Een schone vaas, schoon water en speciale tulpenchrysal verlengen de levensduur.
Laat de bloemen niet te lang droog liggen. Zet ze bij ontvangst direct in het water totdat u de bloemen op een vaas zet.
Haal beschadigd blad weg. Ook het blad wat in het water komt te staan. Dit gaat namelijk rotten.
Snij de stelen schuin af. Gebruik hiervoor een scherp aardappelschilmesje dat u alleen voor de bloemen gebruikt! Snijden is beter dan knippen. Met knippen knijpt u als het ware de haarvaatjes van de steel dicht. Deze kunnen hierdoor niet goed water opnemen.
Zet bloemen in een schone vaas of emmer. Deze kunt u het beste schoonmaken met chloor, zodat alle bacteriën dood zijn. Geen metaalachtige vazen of emmers want in combinatie met snijbloemenvoedsel geeft dit roestvorming. Zet de bloemen in een vaas met handwarm water (niet ijskoud of warm) en ververs het regelmatig. Gebruik ook snijbloemenvoedsel dat voor alle bloemen bruikbaar is.
De eerste dagen gebruiken bloemen veel water. Ververs het water dan ook om de dag.
Verwijder de bloemen die niet meer goed zijn uit de vaas. Deze vragen de meeste energie en hierdoor krijgen de goede bloemen minder energie.
Zet de bloemen niet in de volle zon of op de tocht. Ook plaatsing in de directe nabijheid van rijp fruit en boven een warmtebron (bijv. verwarming, open haard) kan de veroudering van bloemen versnellen.